Pagina Transactiewijzekaart
Op deze pagina kunt u gegevens over een transactiewijze instellen. U moet voor elke transactiewijze een kaart instellen, waarop u basisgegevens invult, zoals rekeningsoort, code, omschrijving en exportprotocol.
De transactiewijzekaart bevat alle instellingen voor het telebankierenvoorstel, voor de betalingen/ontvangsten onderweg en of het een betaling of incasso betreft.
Sneltab Algemeen

Selecteer het soort rekening waar de transactiewijze voor gaat worden gebruikt. Klik op het pijltje om de opties te bekijken.
Het instellen van het soort rekening heeft de volgende gevolgen voor het veld Opdracht:
Kiest u voor de soort rekening | Dan wordt het veld Opdracht standaard ingesteld op |
Klant | Credit |
Leverancier | Debet |
De combinatie van rekeningsoort en Code moet uniek zijn.
Voorbeeld
Als u een specifieke code transactiewijze voor een leverancier instelt (zie Veld Code transactiewijze), kunt u alleen transactiewijzen invoeren waarvoor de rekeningsoort op Leverancier is ingesteld.

In dit veld kunt u een code invoeren die u aan de transactiewijze wilt koppelen. U kunt maximaal 20 tekens invoeren (zowel cijfers als letters). Gebruik codes die gemakkelijk te onthouden zijn en een duidelijke omschrijving vormen.
De combinatie van Rekeningsoort en transactiecode moet uniek zijn. U kunt elk gewenst aantal codes instellen.

Selecteer het soort order waarvoor de transactiewijze wordt gebruikt. De instelling van het veld Rekeningsoort heeft gevolgen voor de orderwaarde, maar het omgekeerde is niet het geval.
Klik op het veld om de opties te bekijken.
De mogelijke opties zijn:
-
Credit - De regel betreft een incassovoorstel. Het bedrag moet daarom negatief zijn.
-
Debet - De regel betreft een betalingsvoorstel. Het bedrag moet daarom positief zijn.

In dit veld kunt u een beschrijving voor de transactiewijze invoeren. U kunt maximaal 80 tekens gebruiken (cijfers en/of letters).
Sneltab Betalingsvoorstel

In dit veld kunt u het nummer van de bank selecteren via welke u betalingen wilt doen of incasso's wilt uitvoeren.

Als deze optie is geactiveerd, wilt u Leverancierspost of Klantenpost die aan deze transactiewijze zijn gekoppeld automatisch meenemen bij het genereren van betalingsvoorstellen via de batchverwerking Voorstelposten ophalen.
Zie ook Rapport Voorstelposten ophalen.

Als deze optie is geactiveerd, wilt u posten voor een bepaalde klant of leverancier in 1 betalingsvoorstel combineren bij het genereren van betalingsvoorstellen met de batchverwerking Voorstelposten ophalen.
Alleen de posten die aan de volgende criteria voldoen worden opgenomen. Deze dienen precies dezelfde waarden te hebben voor:
-
nummer klant/leverancier
-
bankrekening klant/leverancier
-
transactiewijze
-
valutacode
-
valutadatum
Zie ook Rapport Voorstelposten ophalen.

Bij het ophalen van voostelposten worden betalingen naar een reguliere bankrekening samengevoegd als er meerdere betalingen naar dezelfde bankrekening moeten worden gedaan. Hierdoor worden automatisch ook 'negatieve betalingen' (vanwege creditfacturen) verrekend met de positieve betalingen.
Bij voorstelposten voor een G-rekening gebeurt dat standaard niet. Daarbij worden voorstelposten in aparte regels gezet, ook al betreft het meerdere facturen voor 1 leverancier. Hierdoor worden 'negatieve betalingen' niet verrekend met positieve betalingen.
Wilt u dat in een betaalvoorstel de regels van dezelfde G-rekening automatisch worden samengevoegd, schakel dan deze optie in. Hierdoor worden negatieve bedragen automatisch verrekend met positieve bedragen.
Zie ook Rapport Voorstelposten ophalen.
Borderel genereren
Om de leverancier of klant gedetailleerd te informeren is het mogelijk om een borderel (betaalspecificatie) te genereren. Daarin staan de afzonderlijke betalingen waaruit het totale betaalde of geïnde bedrag bestaat.
Zie Veld Borderel.

Als deze optie is geactiveerd, wilt u bij het genereren van betalingsvoorstellen met de batchverwerking Voorstelposten ophalen betalingskorting toepassen op posten die zijn gekoppeld aan deze transactiewijze.
Zie ook Rapport Voorstelposten ophalen.

In dit veld kunt u de code selecteren voor de nummerreeks die wordt gebruikt om volgnummers aan betaalrunposten toe te wijzen. Klik op het pijltje om de nummerreeksen weer te geven die op de pagina Nr.-reeks zijn ingesteld. Zie ook Pagina Nr.-reeks.
Als u meer dan een nummerreeks voor runnummers wilt gebruiken, kunt u op de pagina Nr.-reeksrelaties een relatie instellen tussen de relevante reeksen. Zo kunt u 1 code voor 2 of meer nummerreeksen gebruiken. Zie ook Pagina Nr.-reeksrelaties.

Een exportprotocol wordt gebruikt voor het exporteren van een betaalrun ter verwerking door de bank. Vul in dit veld de code in van het exportprotocol dat u aan de transactiewijze wilt koppelen. Klik op het pijltje voor een overzicht van de beschikbare exportprotocollen.
Zie ook Pagina Exportprotocollen.

In dit veld kunt u de code voor de nummerreeks invoeren die wordt gebruikt voor de toewijzing van kenmerknummers aan voorstelregels. Klik op het pijltje om de nummerreeksen weer te geven die op de pagina Nr.-reeks zijn ingesteld. Zie ook Pagina Nr.-reeks.
Als u meer dan een nummerreeks voor kenmerknummers wilt gebruiken, kunt u op de pagina Nr.-reeksrelaties een relatie instellen tussen de relevante reeksen. Zo kunt u 1 code voor 2 of meer nummerreeksen gebruiken. Zie ook Pagina Nr.-reeksrelaties.

Geeft aan of de transactiemodus voor een persoon of een bedrijf is.
Het partnertype voor de transactiemodus die u opgeeft voor een klant of leverancier moet gelijk zijn aan het partnertype voor de klant of leverancier. Als u een transactiemodus opgeeft waarbij het partnertype Bedrijf is voor een klant met het partnertype Persoon, wordt een foutbericht weergegeven.

Dit veld is alleen van toepassing als in het veld Exportprotocol een exportprotocol is ingesteld waarbij in het veld Export-id rapportnummer 11269524 of 11269525 is ingesteld.
Als u deze optie inschakelt, wordt in het XML-bestand de tag <CtgyPurp>SALA<CtgyPurp> meegegeven waarmee u aangeeft dat het om een salarisbetaling gaat.
Zie ook
Sneltab Betalingen/ontvangsten in uitvoering

Hier kunt u de grootboekrekening invullen waarnaar betalingen/ontvangsten die onderweg zijn moeten worden geboekt. Dit is de tegenrekening voor de rekening die is opgegeven in het veld Reknr. bet./ontv. onderweg van de tabel Bankboekingsgroep.
Klik op het pijltje voor een overzicht van de rekeningen in de tabel Grootboekrekening.

In dit veld kunt u de code invoeren voor de nummerreeks die wordt gebruikt voor het toewijzen van documentnummers aan betalingen/ontvangsten onderweg. Klik op het pijltje om de nummerreeksen weer te geven die op de pagina Nr.-reeks zijn ingesteld. U kunt dezelfde nummerreeks gebruiken als in het veld Storno boekingsnr.-reeks. Zie ook Pagina Nr.-reeks.
Als u meer dan een nummerreeks voor deze documentnummers wilt gebruiken, kunt u op de pagina Nr.-reeksrelaties een relatie instellen tussen de relevante reeksen. Zo kunt u 1 code voor 2 of meer nummerreeksen gebruiken. Zie ook Pagina Nr.-reeksrelaties.

In dit veld kunt u de broncode invoeren die u aan de transactiewijze wilt koppelen.
Bij het boeken van betalingen/ontvangsten onderweg wordt de broncode automatisch in de resulterende posten ingevoegd.
U kunt desgewenst een andere broncode kiezen. Klik op het pijltje voor een overzicht van de broncodes.
U kunt dezelfde code voor het veld Storno broncode gebruiken.

In dit veld kunt u de code voor de nummerreeks invoeren die wordt gebruikt voor het toewijzen van correcte boekingsdocumentnummers. Klik op het pijltje om de nummerreeksen weer te geven die op de pagina Nr.-reeks zijn ingesteld. U kunt dezelfde nummerreeks gebruiken als in het veld Documentnr.-reeks. Zie ook Pagina Nr.-reeks.
Als u meer dan een nummerreeks voor deze documentnummers voor correctieboekingen wilt gebruiken, kunt u op de pagina Nummerreeksrelaties een relatie instellen tussen de relevante reeksen. Zo kunt u 1 code voor 2 of meer nummerreeksen gebruiken.

In dit veld kunt u de stornobroncode invoeren die u aan de transactiewijze wilt koppelen.
Tijdens het boeken van betalingen/ontvangsten die onderweg zijn, wordt de stornobroncode automatisch in de resulterende posten ingevoegd.
U kunt desgewenst een andere stornobroncode kiezen. Klik op het pijltje voor een overzicht van de broncodes.
U kunt dezelfde code voor het veld Broncode gebruiken.
Sneltab Integratie

In dit veld kunt u een code invoeren voor de methode die wordt gebruikt voor verzending van betalingen (bijvoorbeeld bankoverschrijving of cheque) via deze transactiewijze. De code mag maximaal 10 karakters lang zijn en mag zowel cijfers als letters bevatten. Klik op het pijltje voor een overzicht van de betalingswijzen.

In dit veld kunt u een code voor de betalingscondities selecteren. Klik op het pijltje voor een overzicht van de betalingscondities.
Betalingscondities staan voor een formule voor de berekening van de vervaldatum, de betalingskortingdatum en het betalingskortingbedrag.
Sneltab Kostprijzen

In dit veld wordt gedefinieerd voor wie de kosten van betalingen of incasso's zijn.
Mogelijke opties zijn:
-
Opdrachtgever - De kosten zijn voor uw bedrijf.
-
Tegenrekeninghouder - De kosten zijn voor de tegenrekeninghouder.

In dit veld wordt gedefinieerd voor wie de kosten van betalingen of incasso's zijn die door de buitenlandse bank in rekening worden gebracht.
Mogelijke opties zijn:
-
Opdrachtgever - De kosten zijn voor uw bedrijf.
-
Tegenrekeninghouder - De kosten zijn voor de tegenrekeninghouder.
Tip: Meer informatie over het navigeren in de gebruikersinterface vindt u in Werken met Business Central. Zie Pagina's en informatie zoeken met Vertel me voor meer informatie over het zoeken naar pagina's, acties en rapporten.
Zie ook
Microsoft Learn: SEPA-betalingen activeren in de Nederlandse versie