Sneltab Algemeen
Op de sneltab Algemeen kunnen een aantal belangrijke basisgegevens van de contactpersoon worden vastgelegd.
De meeste (standaard)velden in deze sneltab worden zowel op de contactbedrijf- als op de contactpersoonkaart getoond (zie ook Pagina Contactkaart/Contactpersoonkaart). De inhoud kan wel verschillen.
Opmerking: In het kader van de Algemene verordening gegevensbescherming kunnen sommige gegevens als privacygevoelig zijn ingesteld. Als de contactpersoon een status heeft waarin de optie Blokkeer vastleggen privégegevens is aangevinkt, kunt u die privacygevoelige velden niet invullen/wijzigen. Zie ook Pagina Contact privacygevoelige velden en Blokkeer vastleggen privégegevens.
Persoonsspecifieke groepen
Belangrijk: Op de contactpersoonkaart staan enkele persoonsspecifieke groepen. Velden die in deze groepen staan worden alleen op de contactpersoonkaart getoond en niet op de contactbedrijfkaart. Het is dan niet mogelijk om die velden ook op de contactkaart te plaatsen. Velden die u buiten deze persoonsspecifieke groepen plaatst, worden zowel op de contactpersoon- als de contactbedrijfkaart getoond.
Zie de afbeelding voor de persoonsspecifieke groepen (geel gearceerd).
Zie Microsoft Learn: Uw werkruimte personaliseren voor informatie hoe u velden toevoegt, verplaatst of verbergt.
Nr.

Toont het nummer van de contactpersoon. Als 1 nummerreeks voor contactpersonen is ingesteld (in het veld Contactnrs. (personen) op de pagina FLEX nr.-reeks instellingen), krijgt elke nieuwe contactpersoon automatisch het volgende nummer uit de reeks toegekend. Zijn er meerdere nummerreeksen voor contactpersonen, dan kunt u de gewenste nummerreeks selecteren.
Zie ook
Naam
Velden onder Naam zijn specifiek voor de contactpersoon. Ze worden alleen getoond op de contactpersoonkaart en niet op de contactkaart.

Als u in het veld Voornaam een of meer voornamen invult, verschijnen in het veld Initialen automatisch de eerste letters van deze voornamen, met een punt na elke letter. Vult u bij Voornaam bijvoorbeeld de naam 'Jan' in, dan wordt in het veld Initialen automatisch 'J.' ingevuld. Vult u als voornamen 'Jan Willem' in, dan wordt automatisch 'J.W.' ingevuld.
Pas de voorletters indien nodig aan.

Vul eventuele voorvoegsels van de achternaam in.
Met behulp van dit veld wordt de naam van de contactpersoon samengesteld.

Selecteer in het veld Titel de eventuele titel van de contactpersoon. Klik in het veld op het pijltje en zoek en selecteer de titel.
U kunt titels toevoegen op de pagina Titelinstellingen.
Het is mogelijk om in te richten dat de titel wordt opgenomen in de aanhef en wordt afgedrukt op facturen en/of in brieven en e-mailberichten.
Zie ook Pagina Titelinstellingen.

Het geslacht van de contactpersoon.
Aanhef
De inhoud van het veld Aanhefcode wordt automatisch bijgewerkt op basis van de waarde in dit veld. Zie ook Veld Aanhefcode.
Adres

De straatnaam, het huisnummer en eventuele toevoeging.
Wanneer op de pagina Marketinginstellingen de optie Adresdetails is ingeschakeld, wordt dit veld automatisch gevuld/aangepast vanuit het veld Adres op de bijbehorende contactkaart. Zie ook Veld Adresdetails.
Desgewenst kunt u een afwijkend adres invoeren. Het adres op de contactkaart blijft dan ongewijzigd.

Wanneer op de pagina Marketinginstellingen de optie Adresdetails is ingeschakeld, wordt dit veld automatisch gevuld/aangepast vanuit het veld Postcode op de bijbehorende contactkaart. Zie ook Veld Adresdetails.
Desgewenst kunt u een afwijkende postcode invoeren. De postcode op de contactkaart blijft dan ongewijzigd. Als u een postcode selecteert of invult, vult MSF automatisch het veld Plaats in aan de hand van de postcodetabel. Zie ook Hoe de velden Postcode en Plaats worden ingevuld.

Wanneer op de pagina Marketinginstellingen de optie Adresdetails is ingeschakeld, wordt dit veld automatisch gevuld/aangepast vanuit het veld Plaats op de bijbehorende contactkaart. Zie ook Veld Adresdetails.
Desgewenst kunt u een afwijkende plaats invoeren. De plaats op de contactkaart blijft dan ongewijzigd. Als u de postcode in het veld Postcode selecteert of invult, vult MSF dit veld automatisch in aan de hand van de postcodetabel. Zie ook Hoe de velden Postcode en Plaats worden ingevuld.

Wanneer op de pagina Marketinginstellingen de optie Adresdetails is ingeschakeld, wordt dit veld automatisch gevuld/aangepast vanuit het veld Land-/regiocode op de bijbehorende contactkaart. Zie ook Veld Adresdetails.
Desgewenst kunt u een afwijkende landcode invoeren/selecteren. U kunt kiezen uit de landcodes die op de pagina Landen/Regio's zijn ingesteld. De landcode op de contactkaart blijft dan ongewijzigd. Als u een (Nederlandse) postcode in het veld Postcode selecteert of invult, vult MSF dit veld automatisch in aan de hand van de postcodetabel. Zie ook Hoe de velden Postcode en Plaats worden ingevuld.
Zie ook Pagina Landen/Regio's.
Weergeven op kaart
Weergeven op kaart: als het adres is ingevuld, kunt u een kaart en/of routebeschrijving opvragen. Daarvoor moet de pagina Online map installeren zijn ingesteld.
Zie ook Pagina Online Map installeren.
Postadres

Wanneer op de pagina Marketinginstellingen de optie Adresdetails is ingeschakeld, wordt dit veld automatisch gevuld/aangepast vanuit het veld Postadres op de bijbehorende contactkaart. Zie ook Veld Adresdetails.
Desgewenst kunt u een afwijkend adres invoeren. Het postadres op de contactkaart blijft dan ongewijzigd.

Wanneer op de pagina Marketinginstellingen de optie Adresdetails is ingeschakeld, wordt dit veld automatisch gevuld/aangepast vanuit het veld Postadres postcode op de bijbehorende contactkaart. Zie ook Veld Adresdetails.
Desgewenst kunt u een afwijkende postcode invoeren. De postcode op de contactkaart blijft dan ongewijzigd. Als u een postcode selecteert of invult, vult MSF automatisch het veld Postcode plaats in aan de hand van de postcodetabel. Zie ook Hoe de velden Postcode en Plaats worden ingevuld.

Wanneer op de pagina Marketinginstellingen de optie Adresdetails is ingeschakeld, wordt dit veld automatisch gevuld/aangepast vanuit het veld Postadres plaats op de bijbehorende contactkaart. Zie ook Veld Adresdetails.
Desgewenst kunt u een afwijkende plaats invoeren. De plaats op de contactkaart blijft dan ongewijzigd. Als u de postcode in het veld Postadres postcode selecteert of invult, vult MSF dit veld automatisch in aan de hand van de postcodetabel. Zie ook Hoe de velden Postcode en Plaats worden ingevuld.

Wanneer op de pagina Marketinginstellingen de optie Adresdetails is ingeschakeld, wordt dit veld automatisch gevuld/aangepast vanuit het veld Postadres land op de bijbehorende contactkaart. Zie ook Veld Adresdetails.
Desgewenst kunt u een afwijkende landcode invoeren. U kunt kiezen uit de landcodes die op de pagina Landen/Regio's zijn ingesteld. De landcode op de contactkaart blijft dan ongewijzigd. Als u een (Nederlandse) postcode in het veld Postadres postcode selecteert of invult, vult MSF dit veld automatisch in aan de hand van de postcodetabel. Zie ook Hoe de velden Postcode en Plaats worden ingevuld.
Zie ook Pagina Landen/Regio's.
Communicatie

Vul het telefoonnummer van de contactpersoon in.
Opmerking: Het nummer wordt overgenomen vanuit het contactbedrijf. Als u het wijzigt op de contactpersoonkaart, blijft het nummer op de contactkaart ongewijzigd.
Direct bellen
Het is mogelijk om dit nummer direct te bellen vanuit dit veld als er een applicatie voor is geïnstalleerd, zoals bijvoorbeeld Skype voor Bedrijven. Dat kan vanuit de kaartweergave of vanuit het overzicht (als dit veld daar zichtbaar is).
De kaart moet wel in de modus alleen-lezen zijn. Is dat niet het geval, klik dan bovenaan de pagina op .
Als u op het telefoonnummer in het veld klikt, opent de applicatie waarmee gebeld kan worden. De eerste keer dat u op dit icoon klikt, moet u deze applicatie (mogelijk) eerst selecteren.

Vul het mobiele telefoonnummer van de contactpersoon in.
Opmerking: Het nummer wordt overgenomen vanuit het contactbedrijf. Als u het wijzigt op de contactpersoonkaart, blijft het nummer op de contactkaart ongewijzigd.
Een telefoonnummer kan op verschillende manieren worden vastgelegd, bijvoorbeeld met of zonder spaties en/of koppeltekens. Om sms- en WhatsApp-berichten via het Business Messaging Platform van CM te kunnen matchen (zie ook Pagina Gesprek en Pagina Gesprekken overzicht), is een vast formaat van belang. Daarom wordt het ingevoerde nummer automatisch naar het juiste formaat omgezet.
Een telefoonnummer dat als volgt wordt ingevoerd:
wordt na validatie omgezet naar dit formaat:
Direct bellen
Het is mogelijk om dit nummer direct te bellen vanuit dit veld als er een applicatie voor is geïnstalleerd, zoals bijvoorbeeld Skype voor Bedrijven. Dat kan vanuit de kaartweergave of vanuit het overzicht (als dit veld daar zichtbaar is).
De kaart moet wel in de modus alleen-lezen zijn. Is dat niet het geval, klik dan bovenaan de pagina op .
Als u op het telefoonnummer in het veld klikt, opent de applicatie waarmee gebeld kan worden. De eerste keer dat u op dit icoon klikt, moet u deze applicatie (mogelijk) eerst selecteren.

Bevat het e-mailadres van de contactpersoon.
Meerdere e-mailadressen
Wilt u meer dan 1 e-mailadres opnemen, plaats dan een puntkomma (;) tussen de e-mailadressen. Zet geen spatie na de puntkomma. U kunt maximaal tachtig tekens invoeren. Een extra adres kunt u ook in het veld E-mail 2 invoeren.
E-mailbericht aanmaken
Het is mogelijk om vanuit dit veld een e-mailbericht aan te maken als een e-mailsysteem is geïntegreerd. De kaart moet wel in de modus alleen-lezen zijn. Is dat niet het geval, klik dan bovenaan de pagina op . Als u op het e-mailadres klikt, wordt een nieuw e-mailbericht aangemaakt waarbij het e-mailadres is ingevuld in het veld Aan.

Als de contactpersoon een LinkedIn-profiel heeft, vult u bij LinkedIn-profiel de URL (het internetadres) daarvan in.
LinkedIn-profiel openen
U kunt het LinkedIn-profiel op de volgende manieren openen vanuit de kaart:
- kies op de actiebalk voor Communicatie > LinkedIn-profiel.
- Zet de kaart in alleen-lezen modus (als dat niet het geval is) door bovenaan de pagina op
te klikken. Klik vervolgens in het veld LinkedIn-profiel op de url.
Het LinkedIn-profiel opent in een webbrowser.

Bevat de gebruikersnaam van de contactpersoon voor de webportal.
In contactpersoonstatussen kan worden ingesteld dat bij het bereiken van de status automatisch een gebruikersnaam en wachtwoord voor de portal aangemaakt of verwijderd moet worden. Voor het aanmaken moet een e-mailadres zijn ingevuld op de contactpersoonkaart. Dit e-mailadres wordt dan als gebruikersnaam ingevuld:
- in het veld Webgebruikersnaam op de contactpersoonkaart.
- in het veld Gebruikersnaam op de pagina Gebruikersauthenticatie van de contactpersoon, zie ook hierna.
Er wordt in dit geval alleen een e-mail met de gebruikersnaam en het wachtwoord naar de contactpersoon gestuurd als daar een workflow of rapport voor is ingericht.
Handmatig een gebruikersnaam instellen of wijzigen
Het is ook mogelijk om de gebruikersnaam zelf in te stellen of te wijzigen. Zie Handmatig een inlogaccount aanmaken of wijzigen in MSF.
Zie ook
Belangrijk: De velden LinkedIn-profiel en Webgebruikersnaam staan standaard in een persoonsspecifieke groep . Ze worden alleen getoond op de contactpersoonkaart en niet op de contactkaart. Plaatst u andere velden onder deze velden, dan worden deze ook alleen op de contactpersoonkaart getoond.
Beheer

Dit veld toont de status van de contactpersoon.
Bij het aanmaken krijgt de contactpersoon een standaardstatus die is ingesteld op de pagina Statusinstellingen. Zie ook Pagina Statusinstellingen.
Status wijzigen
Afhankelijk van de instellingen voor uw bedrijf:
- kunt u zelf een andere status kiezen. Welke status(sen) u daarbij kunt kiezen, is afhankelijk van de inrichting op de pagina Contactpersoonstatus. Zie ook Pagina Contactpersoonstatus.
- wordt de status automatisch aangepast wanneer u bepaalde handelingen uitvoert.
Het is mogelijk om terug te gaan naar een vorige status. Welke status(sen) u daarbij kunt kiezen, is ook afhankelijk van de instellingen op de pagina Contactpersoonstatus.
Kies een volgende status door op de actiebalk op te knop Volgende status te klikken. Via de knop Vorige status kiest u een vorige status.
De knoppen Volgende status en Vorige status zijn gecombineerd in een zgn. 'splitsknop'. Standaard is Volgende status zichtbaar. Is er geen volgende status en zijn er wel vorige statusopties, dan is Vorige status zichtbaar. Zijn er geen volgende en vorige statusopties, dan zijn de knoppen niet actief.
Directe statusomzetting of pagina met keuzeopties
Is er maar 1 mogelijke volgende status en klikt u op Volgende status (of drukt u op Ctrl+F9), dan wordt de status direct omgezet. Zijn er meerdere statussen mogelijk, dan opent een pagina met de keuzeopties.
Is er maar 1 mogelijke vorige status en klikt u op Vorige status (of drukt u op Ctrl+Shift+F9), dan wordt de status direct omgezet. Zijn er meerdere statussen mogelijk, dan opent een pagina met de keuzeopties.
U kunt ook op de waarde van het veld Status klikken als u de status wilt wijzigen. In dat geval toont de pagina Status - Contactpersoon zowel alle volgende als vorige statusopties die u vanuit de huidige status kunt kiezen.
Statusnotificatie
Als de status wordt omgezet, komt boven aan de pagina een notificatie te staan: "De status is omgezet naar [statuscode en statusomschrijving]". Het is mogelijk om deze notificaties uit te schakelen of onder voorwaarden te tonen. Open daarvoor de pagina Mijn berichten en pas de regel Informeer de gebruiker over statuswijzigingen aan. Via het filterveld Soort kunt u bijvoorbeeld instellen dat de notificatie alleen op bepaalde entiteiten getoond moet worden.
Modelleerbare actie
Het is mogelijk om een of meer modelleerbare acties in te richten om de status automatisch te wijzigen (via de functie STATUSCHANGE). Zie ook Pagina Modelleerbare actie en Automatisch status omzetten (STATUSCHANGE).
Verplichte velden/documenten
Het is mogelijk om in te richten dat voor een status bepaalde velden verplicht zijn of dat bepaalde documenten gekoppeld moeten zijn. In dat geval kunt u de status pas omzetten als die gegevens gevuld zijn.
Privacygevoelige gegevens
In het kader van de Algemene verordening gegevensbescherming kunnen sommige gegevens als privacygevoelig zijn ingesteld. In contactpersoonstatussen kan zijn ingesteld dat die privacygevoelige gegevens niet toegevoegd/vastgelegd of gewijzigd mogen worden.
Privacygevoelige velden
Vanuit de pagina Privacyinstellingen kan via de knop Contact privacygevoelige velden worden ingesteld welke velden privacygevoelig zijn. Als een contactpersoon een status heeft waarin de optie Blokkeer vastleggen privégegevens is aangevinkt, kunt u geen privacygevoelige velden invullen/wijzigen op de contactpersoonkaart.
Als op een contactpersoonkaart al privacygevoelige velden zijn ingevuld, dan is het mogelijk om een status te kiezen waarin de optie Blokkeer vastleggen privégegevens is aangevinkt. De privacygevoelige gegevens kunnen via een opschoonrapport worden verwijderd.
Privicygevoelige kenmerken
In de kenmerkinstellingen is het mogelijk om vast te leggen dat een kenmerk privacygevoelig is, door op de pagina Kenmerkdefinities de optie Privacygevoelig aan te vinken. Als een contactpersoon een status heeft waarin de optie Blokkeer vastleggen privégegevens is aangevinkt, kunt u geen privacygevoelige kenmerken koppelen aan die contactpersoon.
Als aan een contactpersoon al privacygevoelige kenmerken zijn gekoppeld, dan is het mogelijk om een status te kiezen waarin de optie Blokkeer vastleggen privégegevens is aangevinkt. De privacygevoelige kenmerken kunnen via een opschoonrapport worden verwijderd.
Privicygevoelige documenten
Op de pagina Documentsjablonen is het mogelijk om in te stellen dat een documentsjabloon privacygevoelig is, door de optie Privacygevoelig aan te vinken. Als een contactpersoon een status heeft waarin de optie Blokkeer vastleggen privégegevens is aangevinkt, kunt u wel documentsjablonen met de optie Privacygevoelig koppelen aan de contactpersoonkaart, maar is het vervolgens niet mogelijk om daaraan bestanden te koppelen.
Als een privacygevoelig document is gekoppeld aan een contactpersoonkaart, is het mogelijk om een status te kiezen waarin de optie Blokkeer vastleggen privégegevens is aangevinkt. De privacygevoelige documenten kunnen via een opschoonrapport worden verwijderd.
Zie ook
Blokkeer vastleggen privégegevens

Dit veld bevat dezelfde vestiging als op het bijbehorende contactbedrijf. Het is niet mogelijk om de vestiging op de contactpersoonkaart te wijzigen. Als de vestiging op het contactbedrijf wijzigt, wijzigt de vestiging van de contactpersoon automatisch mee.

Het label van dit veld is instelbaar op de pagina Contactinstellingen, veld Label medewerker 1. Is dat veld leeg, dan is het standaardlabel Verkoper.
Als op de pagina Contactinstellingen de optie Vul medewerker 1 met gebruiker is ingeschakeld, wordt dit veld bij het aanmaken van een bedrijf automatisch gevuld met de medewerker die het bedrijf heeft aangemaakt.
Bij het aanmaken van een contactpersoon wordt automatisch de medewerker van het contactbedrijf overgenomen.
U kunt de medewerker desgewenst handmatig wijzigen. Als u in het veld begint met het invoeren van de naam (of medewerkercode), toont de keuzelijst de bijbehorende mogelijkheden.
Zie ook
Persoonsspecifiek
Velden onder Persoonsspecifiek zijn specifiek voor de contactpersoon. Ze worden alleen getoond op de contactpersoonkaart en niet op de contactkaart.

Als een contactpersoon niet meer ingeschreven wil staan, kan de optie Uitschrijven worden ingeschakeld.
Uitschrijven via de portal
Het is mogelijk om in te richten dat dit veld op de klantportal wordt getoond, zodat de contactpersoon dit via de portal zelf kan aangeven. Daartoe neemt u het veld Uitschrijven op in een registratieset voor contactpersonen. Zie ook Registratiesets.
Statuswijziging
Via een modelleerbare actie is het mogelijk om in te richten dat bij het inschakelen van de optie Uitschrijven de status van de contactpersoon wijzigt naar een specifieke uitschrijfstatus. Zie ook .Pagina Modelleerbare actie
Opschonen/verwijderen
Het is ook mogelijk om in te richten dat privacygevoelige gegevens van contactpersonen bij wie de optie Uitschrijven is ingeschakeld, worden opgeschoond of dat die resources worden verwijderd. Zie Opschonen privacygevoelige gegevens en Verwijder resources.
Overige velden (standaard niet zichtbaar)
Onderstaande velden staan niet standaard op de kaart, maar kunnen worden toegevoegd. Zie ook Microsoft Learn: Uw werkruimte personaliseren.

Selecteer de aanhefcode voor de contactpersoon. Als u in het veld Geslacht de waarde:
-
Man invult, hebt ingevuld, wordt dit veld standaard gevuld met de waarde die is ingesteld in het veld Standaard mannelijke aanhefcode op de pagina Algemene instellingen.
-
Vrouw invult, wordt dit veld standaard gevuld met de waarde die is ingesteld in het veld Standaard vrouwelijke aanhefcode op de pagina Algemene instellingen.
Geslacht niet ingevuld of onbekend
Het is mogelijk om in te richten dat ook een aanhefcode wordt ingevuld als het veld Geslacht leeg is, dus als het nog niet ingevuld is of onbekend is. Daarvoor moet op de pagina Marketinginstellingen in het veld Aanhefcode persoon (in de sneltab Standaarden) een aanhefcode zijn ingesteld. Maak daarvoor bijvoorbeeld code O aan, voor Onbekend. Wanneer een nieuwe contactpersoon wordt aangemaakt, wordt deze aanhefcode automatisch ingevuld op de contactpersoonkaart. Als vervolgens in het veld Geslacht de waarde Man of Vrouw wordt gekozen, wordt de aanhefcode bijgewerkt.
Aanhefformules
Per aanhefcode kunnen aanhefformules worden ingesteld, voor verschillende talen, die weer in documentsjablonen en e-mailsjablonen kunnen worden gebruikt.
Zie ook
Veld Standaard mannelijke aanhefcode

Bevat het burgerservicenummer van de contactpersoon. Dit is een uniek persoonsgebonden nummer en bestaat uit 8 of 9 cijfers. Als u een nummer invoert, vindt een controle plaats of het een geldig burgerservicenummer is. Er wordt niet gecontroleerd of het nummer al bij een andere contactpersoon of resource is ingevuld (bij resources vindt deze controle wel plaats).

Heeft de contactpersoon een doorkiesnummer, dan vult u deze in dit veld in.

Heeft de contactpersoon een tweede doorkiesnummer, dan vult u deze in dit veld in.

Vul in het veld E-mail (privé) het privé e-mailadres van de contactpersoon in.
Meerdere e-mailadressen
Wilt u meer dan 1 e-mailadres opnemen, plaats dan een puntkomma (;) tussen de e-mailadressen. Zet geen spatie na de puntkomma. U kunt maximaal tachtig tekens invoeren. Een extra adres kunt u ook in het veld E-mail 2 invoeren.
E-mailbericht aanmaken
Het is mogelijk om vanuit dit veld een e-mailbericht aan te maken als een e-mailsysteem is geïntegreerd. De kaart moet wel in de modus alleen-lezen zijn. Is dat niet het geval, klik dan bovenaan de pagina op . Als u op het e-mailadres klikt, wordt een nieuw e-mailbericht aangemaakt waarbij het e-mailadres is ingevuld in het veld Aan.

In dit veld kunt u een alternatief e-mailadres van de contactpersoon invoeren.
Wilt u meer dan 1 e-mailadres opnemen, plaats dan een puntkomma (;) tussen de e-mailadressen. Zet geen spatie na de puntkomma. U kunt maximaal tachtig tekens invoeren.

Vul de geboortedatum van de contactpersoon in.

Toont het nummer van het contactbedrijf waar de contactpersoon aan gekoppeld is. Het is mogelijk om de contactpersoon aan een ander contactbedrijf te koppelen.
Als de contactpersoon is gekoppeld aan een project en u selecteert een ander contactbedrijf in dit veld, dan krijgt u een melding dat de contactpersoon is gekoppeld aan een of meerdere projecten van het oorspronkelijke bedrijf, met de vraag of u wilt doorgaan. Kiest u:
-
Ja, dan wordt de wijziging doorgevoerd en wordt de contactpersoon aan het geselecteerde bedrijf gekoppeld. De projecten waar de contactpersoon aan gekoppeld is, blijven ongewijzigd.
-
Nee, dan wordt de wijziging niet doorgevoerd en blijft de contactpersoon aan het oorspronkelijke bedrijf gekoppeld.

Toont de klantportalrollen die via de pagina Klantportalrollen voor de contactpersoon zijn ingesteld. Dit betreft alleen de klantportalrollen die de contactpersoon voor het eigen bedrijf heeft, niet de klantportalrollen die de contactpersoon heeft voor bedrijven waar de contactpersoon een bedrijfsrelatie mee heeft.
Zie ook Pagina Klantportalrollen en Pagina Contactpersoon - bedrijfrelaties.

Schakel deze optie in als de contactpersoon mailingen mag ontvangen. Bij het aanmaken v an een contactsegment kunt u deze voorwaarde opnemen als kenmerk.
Of deze optie standaard aan staat of niet, hangt af van de instelling in het veld Contact mag mailing ontvangen op de pagina Algemene instellingen.
Zie ook Veld Contact mag mailing ontvangen en Pagina Contactsegment.

Het label van dit veld is instelbaar op de pagina Contactinstellingen, veld Label medewerker 2. Is dat veld leeg, dan is het standaardlabel Medewerker 2.
Zie ook

Het label van dit veld is instelbaar op de pagina Contactinstellingen, veld Label medewerker 3. Is dat veld leeg, dan is het standaardlabel Medewerker 3.
Zie ook

Het label van dit veld is instelbaar op de pagina Contactinstellingen, veld Label medewerker 4. Is dat veld leeg, dan is het standaardlabel Medewerker 4.
Zie ook

Vul het tweede telefoonnummer van de contactpersoon in.
Opmerking: Het nummer wordt overgenomen vanuit het contactbedrijf. Als u het wijzigt op de contactpersoonkaart, blijft het nummer op de contactkaart ongewijzigd.
Direct bellen
Het is mogelijk om dit nummer direct te bellen vanuit dit veld als er een applicatie voor is geïnstalleerd, zoals bijvoorbeeld Skype voor Bedrijven. Dat kan vanuit de kaartweergave of vanuit het overzicht (als dit veld daar zichtbaar is).
De kaart moet wel in de modus alleen-lezen zijn. Is dat niet het geval, klik dan bovenaan de pagina op .
Als u op het telefoonnummer in het veld klikt, opent de applicatie waarmee gebeld kan worden. De eerste keer dat u op dit icoon klikt, moet u deze applicatie (mogelijk) eerst selecteren.

Vul het privé mobiele telefoonnummer van de contactpersoon.
Direct bellen
Het is mogelijk om dit nummer direct te bellen vanuit dit veld als er een applicatie voor is geïnstalleerd, zoals bijvoorbeeld Skype voor Bedrijven. Dat kan vanuit de kaartweergave of vanuit het overzicht (als dit veld daar zichtbaar is).
De kaart moet wel in de modus alleen-lezen zijn. Is dat niet het geval, klik dan bovenaan de pagina op .
Als u op het telefoonnummer in het veld klikt, opent de applicatie waarmee gebeld kan worden. De eerste keer dat u op dit icoon klikt, moet u deze applicatie (mogelijk) eerst selecteren.

Vul het privé telefoonnummer van de contactpersoon in.
Direct bellen
Het is mogelijk om dit nummer direct te bellen vanuit dit veld als er een applicatie voor is geïnstalleerd, zoals bijvoorbeeld Skype voor Bedrijven. Dat kan vanuit de kaartweergave of vanuit het overzicht (als dit veld daar zichtbaar is).
De kaart moet wel in de modus alleen-lezen zijn. Is dat niet het geval, klik dan bovenaan de pagina op .
Als u op het telefoonnummer in het veld klikt, opent de applicatie waarmee gebeld kan worden. De eerste keer dat u op dit icoon klikt, moet u deze applicatie (mogelijk) eerst selecteren.
Flexibele velden
Het is mogelijk om 25 flexibele velden op te nemen. Om dat in te richten kiest u daartoe op de pagina Flexibel veld instellingen het object Contactpersoon. Dat zijn velden waarvan u zelf de naam en het type (bijvoorbeeld tekstveld of datumveld) bepaalt.
Om ruimtegebrek in de contacttabel te voorkomen, delen de flexibele velden voor contactbedrijven en contactpersonen dezelfde velden. Dat is qua data geen probleem, aangezien een contact altijd of een bedrijf of een persoon is. Wordt een flexibel veld zowel voor contacten als contactpersonen gebruikt en staat dit veld op het contactoverzicht, dan ziet u bij de kolomnaam beide veldnamen staan. Eerst die van het bedrijf, gevolgd door een '/' en dan die van de contactpersoon. Op de contactkaart ziet u alleen de veldnaam die bij het bedrijf hoort en op de contactpersoonkaart alleen de veldnaam die bij de contactpersoon hoort.
Belangrijk: Plaatst u een flexibel veld in een bedrijfsspecifieke groep op de contactkaart, dan kan dat flexibele veld niet meer op de contactpersoonkaart worden geplaatst. Andersom ook: plaatst u een flexibel veld in een persoonsspecifieke groep op de contactpersoonkaart, dan kan dat flexibele veld niet meer op de contactkaart worden geplaatst.
Zie ook
Tip: Meer informatie over het navigeren in de gebruikersinterface vindt u in Werken met Business Central. Zie Pagina's en informatie zoeken met Vertel me voor meer informatie over het zoeken naar pagina's, acties en rapporten.
Zie ook